Advies over Wajong en Box 3

Als arbeidsmedisch expert kan ik u voorzien van advies over de samenhang tussen de Wajong-regeling en de fiscale aspecten van Box 3. In dit advies zal ik ingaan op de belangrijkste aspecten van de Wajong-regeling, de invloed van vermogen op de uitkering en de fiscale implicaties binnen Box 3. Hierbij baseer ik mij op geldende protocollen, relevante vakliteratuur en jurisprudentie van de Centrale Raad van Beroep (CRvB).

De Wajong-regeling

De Wajong-regeling is bedoeld voor jongeren die door een ziekte of handicap al vanaf jonge leeftijd niet in staat zijn om te werken. De regeling biedt een inkomensvoorziening en ondersteuning bij het vinden van werk. Er zijn verschillende varianten van de Wajong-regeling, afhankelijk van het moment van instroom en de specifieke situatie van de jongere. De meest recente versie is de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong 2015).

Invloed van vermogen op de Wajong-uitkering

Een belangrijk aspect van de Wajong-regeling is dat het inkomen en vermogen van de jongere invloed kunnen hebben op de hoogte van de uitkering. In het verleden was er een vermogenstoets voor de Wajong-uitkering. Echter, sinds de invoering van de Participatiewet in 2015, is deze vermogenstoets voor de Wajong komen te vervallen. Jongeren die onder de Wajong vallen, hoeven dus geen rekening te houden met een vermogenstoets die hun uitkering kan beïnvloeden. Dit betekent dat het hebben van vermogen in principe geen directe invloed heeft op de hoogte van de Wajong-uitkering.

Fiscale implicaties en Box 3

Box 3 van de Nederlandse inkomstenbelasting betreft het vermogen, zoals spaargeld, beleggingen en onroerend goed, dat niet tot het eigen huis behoort. Het belastbare inkomen uit vermogen wordt berekend op basis van een forfaitair rendement. Dit betekent dat ongeacht de werkelijke opbrengst van het vermogen, er een bepaald percentage als fictief rendement wordt belast. Voor 2023 is het heffingsvrije vermogen in Box 3 vastgesteld op €57.000 per persoon (of €114.000 voor fiscale partners).

Het is van belang dat Wajong-gerechtigden die vermogen hebben, zich bewust zijn van de fiscale consequenties die hun vermogen kan hebben in Box 3. Hoewel de Wajong-uitkering zelf niet direct door vermogen wordt beïnvloed, kan het vermogen wel leiden tot belastingheffing in Box 3. Dit kan van invloed zijn op de netto-inkomsten van de jongere.

Jurisprudentie van de Centrale Raad van Beroep (CRvB)

De Centrale Raad van Beroep (CRvB) is het hoogste gerechtshof in Nederland voor zaken op het gebied van sociale zekerheid. Een relevante uitspraak van de CRvB met betrekking tot de Wajong is te vinden in de zaak CRvB 2017: ECLI:NL:CRVB:2017:4114. In deze uitspraak wordt bevestigd dat er geen vermogenstoets meer geldt voor de Wajong-uitkering. De CRvB heeft hiermee verduidelijkt dat het hebben van vermogen geen invloed heeft op het recht op of de hoogte van de Wajong-uitkering.

Het is daarnaast belangrijk om te vermelden dat, hoewel vermogen geen directe invloed heeft op de Wajong-uitkering, het wel kan leiden tot belastingheffing in Box 3, zoals eerder besproken. Jongeren die vermogen hebben dat boven het heffingsvrije vermogen uitkomt, zullen belasting moeten betalen over het fictieve rendement van hun vermogen.

Conclusie en advies

• De Wajong-regeling voorziet in een inkomensvoorziening voor jongeren met een ziekte of handicap die niet kunnen werken.
• Sinds 2015 is er geen vermogenstoets meer voor de Wajong-uitkering, hetgeen betekent dat vermogen geen directe invloed heeft op de hoogte van de uitkering.
• Vermogen kan echter wel leiden tot belastingheffing in Box 3, afhankelijk van de hoogte van het vermogen.
• Belastingheffing in Box 3 kan invloed hebben op de netto-inkomsten van de jongere, maar niet op de hoogte van de Wajong-uitkering zelf.
• Het is van belang om op de hoogte te zijn van de heffingsvrije grens en de belastingregels die gelden voor Box 3.

Voor een gedetailleerd en persoonlijk advies is het aan te raden om contact op te nemen met een belastingadviseur of financieel planner die bekend is met zowel sociale zekerheidswetgeving als fiscale regelgeving.