Rekening houden met leeftijd en arbeidsverleden bij arbeidsmedische beoordelingen
Als arbeidsmedisch expert is het van belang om inzicht te geven in hoe leeftijd en arbeidsverleden een rol spelen bij arbeidsmedische beoordelingen. Verschillende protocollen, vakliteratuur en jurisprudentie van de Centrale Raad van Beroep (CRvB) bieden richtlijnen voor het beoordelen van de arbeidsgeschiktheid van werknemers. In deze context spelen leeftijd en arbeidsverleden een cruciale rol in het bepalen van de mate van arbeidsgeschiktheid en de mogelijke aanpassingen die nodig zijn in de werkomgeving.
Protocollen en richtlijnen
De Nederlandse Vereniging voor Arbeids- en Bedrijfsgeneeskunde (NVAB) biedt diverse richtlijnen die benadrukken hoe arbeidsverleden en leeftijd moeten worden meegenomen in de beoordeling van de arbeidsgeschiktheid. Zo stelt de richtlijn ‘Gezonde werknemers in gezonde organisaties’ dat er aandacht moet zijn voor duurzame inzetbaarheid, waarbij rekening wordt gehouden met de levensfase van de werknemer. Dit impliceert dat leeftijd een factor is die invloed kan hebben op de belasting die een werknemer kan dragen.
Daarnaast is er de richtlijn ‘Functionele mogelijkhedenlijst’ (FML), die gebruikt wordt door bedrijfsartsen en arbeidsdeskundigen om een objectieve inschatting te maken van wat een werknemer nog kan doen. Hierbij wordt expliciet gekeken naar fysieke en psychische belastbaarheid, waarbij aspecten als leeftijd en arbeidsverleden in ogenschouw worden genomen.
Vakliteratuur
Uit de vakliteratuur blijkt dat de invloed van leeftijd en arbeidsverleden op de arbeidsgeschiktheid niet te onderschatten is. Oudere werknemers kunnen bijvoorbeeld geconfronteerd worden met leeftijdsgebonden aandoeningen zoals artrose of verminderde fysieke capaciteit, wat invloed heeft op hun arbeidsprestaties. Het artikel “Aging and Work: Challenges and Opportunities†(Smith et al., 2020) benadrukt het belang van aanpassingen op de werkplek om oudere werknemers te ondersteunen, zoals flexibele werktijden en ergonomische aanpassingen.
Verder wordt in de literatuur ook het belang van het arbeidsverleden onderstreept. Werknemers met een lange staat van dienst in fysiek zware beroepen kunnen bijvoorbeeld eerder klachten ontwikkelen dan werknemers met een minder belastend arbeidsverleden. Dit vraagt om een zorgvuldige beoordeling van zowel de huidige belastbaarheid als de geschiedenis van arbeidsbelasting.
Jurisprudentie van de CRvB
De CRvB heeft zich in verschillende uitspraken uitgelaten over hoe leeftijd en arbeidsverleden meewegen in de beoordeling van arbeidsgeschiktheid. Een relevante uitspraak is die van 15 juli 2015 (ECLI:NL:CRVB:2015:2281), waarin de Raad oordeelde dat een zorgvuldige afweging moet plaatsvinden van de persoonlijke omstandigheden van de werknemer, waaronder leeftijd en arbeidsverleden. De Raad benadrukte dat deze factoren invloed kunnen hebben op de re-integratiemogelijkheden en dat werkgevers en bedrijfsartsen hiermee rekening dienen te houden.
Een andere uitspraak van de CRvB (ECLI:NL:CRVB:2020:2134) bevestigt dat arbeidsverleden een belangrijke rol speelt bij het beoordelen van de mate van arbeidsongeschiktheid. In deze zaak werd overwogen dat een werknemer met een langdurig belast arbeidsverleden en fysieke klachten niet zonder meer geschikt kan worden geacht voor dezelfde functie zonder aanpassingen.
Conclusie
In de arbeidsmedische praktijk is het gebruikelijk en noodzakelijk om rekening te houden met zowel de leeftijd als het arbeidsverleden van een werknemer bij het beoordelen van de arbeidsgeschiktheid. Protocollen en richtlijnen bieden een kader voor bedrijfsartsen en arbeidsdeskundigen om deze factoren op een systematische manier te integreren in hun beoordelingen. De vakliteratuur en jurisprudentie van de CRvB ondersteunen dit door te benadrukken dat leeftijdsgebonden veranderingen en een belast arbeidsverleden significante factoren zijn die invloed hebben op de arbeidsgeschiktheid en de benodigde werkplekinterventies.
Het is daarom cruciaal voor werkgevers en werknemers om in samenwerking met arbeidsmedische experts te streven naar een werkplek die rekening houdt met de individuele verschillen en behoeften van werknemers, zodat zij duurzaam inzetbaar blijven. Dit betekent dat leeftijd en arbeidsverleden niet alleen erkend moeten worden als factoren, maar ook actief moeten worden geïntegreerd in het beleid rond arbeidsgeschiktheid en re-integratie.