Inkomenseisen bij de aanvraag van een MVV voor je partner: Uitzonderingen en Overwegingen

Bij de aanvraag van een Machtiging tot Voorlopig Verblijf (MVV) voor een partner, speelt het inkomen van de referent (de persoon in Nederland) een cruciale rol. Echter, er zijn situaties waarin de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) geen rekening houdt met het inkomen van de referent. In deze context is het van belang om protocollen, vakliteratuur en jurisprudentie, zoals die van de Centrale Raad van Beroep (CRvB), in overweging te nemen.

Algemene Inkomenseisen

De algemene regelgeving stelt dat een referent een stabiel en toereikend inkomen moet hebben om in aanmerking te komen voor een MVV voor zijn of haar partner. Dit betekent doorgaans dat het inkomen minstens gelijk moet zijn aan 100% van het wettelijk minimumloon. De reden hierachter is dat de Nederlandse overheid wil verzekeren dat de partner, eenmaal in Nederland, niet afhankelijk wordt van sociale voorzieningen.

Uitzonderingen op de Inkomenseis

Hoewel de inkomenseis een vaste regel lijkt, zijn er bepaalde omstandigheden waarin de IND afziet van het beoordelen van het inkomen van de referent. Deze uitzonderingen zijn in de praktijk echter beperkt en meestal gebonden aan specifieke situaties die duidelijk zijn gedefinieerd in de beleidsregels en jurisprudentie.

• Gezinshereniging op Humanitaire Gronden: In situaties waarin gezinshereniging om humanitaire redenen noodzakelijk is, kan de IND besluiten om soepel om te gaan met de inkomenseisen. Dit gebeurt vaak in gevallen van vluchtelingenstatus of vergelijkbare omstandigheden waarbij de humanitaire noodzaak zwaar weegt.
• Uitzonderlijke Gezinsomstandigheden: In gevallen waarin er sprake is van uitzonderlijke gezinsomstandigheden, zoals de aanwezigheid van minderjarige kinderen die zonder de partner in een precaire situatie terecht zouden komen, kan de IND besluiten om de inkomenseis niet strikt toe te passen. Dit is echter sterk afhankelijk van de specifieke omstandigheden van het geval.

Jurisprudentie van de CRvB

De Centrale Raad van Beroep heeft in verschillende uitspraken duidelijkheid verschaft over de toepassing van inkomenseisen bij MVV-aanvragen. Een relevante uitspraak in dit kader is de zaak met het kenmerk ECLI:NL:CRVB:2013:BZ7390, waarin de CRvB oordeelde over de proportionaliteit van de inkomenseis in relatie tot gezinshereniging.

In deze zaak werd vastgesteld dat de inkomenseis niet in strijd mag zijn met het recht op gezinsleven, zoals beschermd door artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). De CRvB benadrukte dat in gevallen waar de inkomenseis een onevenredige belemmering vormt voor het gezinsleven, er ruimte moet zijn voor een beoordeling die rekening houdt met alle relevante omstandigheden van het individuele geval.

Conclusie en Aanbevelingen

Hoewel de inkomenseis bij een MVV-aanvraag voor een partner een belangrijk criterium is, biedt de wet- en regelgeving, samen met de jurisprudentie, ruimte voor uitzonderingen. Het is essentieel voor aanvragers om hun situatie grondig te beoordelen en te overwegen of hun omstandigheden binnen de uitzonderingscategorieën vallen. Indien er sprake is van humanitaire overwegingen of uitzonderlijke gezinsomstandigheden, kan het nuttig zijn om juridisch advies in te winnen en een goed onderbouwd dossier voor te leggen aan de IND.

Daarnaast is het belangrijk om de ontwikkelingen in de jurisprudentie en beleidsregels te volgen, aangezien deze van invloed kunnen zijn op de beoordeling van inkomenseisen bij MVV-aanvragen. Het betrekken van een deskundige op het gebied van immigratierecht kan bijdragen aan een beter begrip van de mogelijkheden en beperkingen binnen de huidige regelgeving.

In het licht van de hierboven besproken aspecten, kunnen aanvragers die zich in uitzonderlijke omstandigheden bevinden, mogelijk succesvol een beroep doen op de discretionaire bevoegdheid van de IND om af te wijken van de standaard inkomenseis. Dit vereist echter een zorgvuldige voorbereiding en een gedegen juridische onderbouwing.